Kapotte bagageband Schiphol overmacht?
Volgens de Rechtbank Noord-Holland is een storing aan een bagageband op Schiphol geen buitengewone omstandigheid. Luchtvaartmaatschappijen moeten in dit geval passagiers compenseren wanneer een vlucht vertraging heeft opgelopen.
In de rechtszaak, die wij voor ArkeFly-vlucht OR 193 van 7 juli 2010 met als route Amsterdam – Menorca hebben gevoerd, deed ArkeFly een beroep op overmacht. Er was een storing aan de bagagebanden op Schiphol, waardoor de koffers van passagiers niet op tijd in het vliegtuig gepakt konden worden.
De Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de airline er voor had kunnen kiezen om zonder bagage te vertrekken en zo de vertraging te voorkomen. De Rechtbank legt verder het volgende uit: “Een defect aan de faciliteiten op de luchthaven wordt niet genoemd als één van de omstandigheden in artikel 14 […] van de verordening. Evenmin veroorzaakt een defecte bagageband een onverwacht vliegveiligheidsprobleem”.
We hebben tien passagiers kunnen verblijden met dit vonnis!